De vrouw in huis

Bomen verwijzen op een rij
naar het huis, nog verder
verwijderd is de zon die het dak
verhit

De bomen, de zon, de muren
om jou, je hebt aarde
onder je nagels

Je wijst er naar, je voeten kantelen
de bomen,
de deur blijft open staan

Er is geen ander leven
dan in het gras te liggen als
lome dieren

Je buik is een kom om uit
te drinken en je haar een
gordijn tegen de zon

Opgestaan sla je het stof
van je voeten


in opdracht van het Haags dichtersgilde, een gedicht voor V-day