een raadselachtige aanloop
nam ik voor het werk van de sleurende tijd
ik sloeg
een tendens in die schokte van functionele perfectie
toen wilde ik mijn vaders tendens holden, onder water, aan land, met de wind
in de bomen, echt alles werd gesleept
maar zonder net – er viel niets te vangen, sprak ik
in mutaties
en dat was het, deels
het duurde heel lang
eer ik een boom werd en alle anderen
verspreid over continenten waren
sterker nog, eer een woord
schokkend tot bijna stilstand kwam, wie is
een boom, wie
uit: Generaties, uitgeverij nY, 2020